Heupdisplasie mbt Babydragers
Over heupdysplasie
Wat is heupdysplasie?
In de baarmoeder zitten baby’s in de kikkerhouding: met de beentjes lichtjes gespreid en opgetrokken (gebogen ter hoogte van de heup). Bij de geboorte bestaat de kop van het dijbeen grotendeels uit kraakbeen. Dat verandert tijdens de eerste 6 levensmaanden geleidelijk aan in bot. Dat proces heetbotvorming of ossificatie.
Tijdens die botvorming is het risico op heupdysplasie het grootst. Normaal houdt het heupgewricht de dijbeenkop op zijn plaats in de heupkom. Er is sprake van heupdysplasie wanneer de dijbeenkop volledig of gedeeltelijk uit de heupkom schuift.
Hoe heupdysplasie voorkomen?
Tijdens de botvorming is het belangrijk dat je baby in een ergonomische positie zit. Het beste is om de positie in de baarmoeder – de kikkerhouding– zo goed mogelijk na te bootsen: de beentjes lichtjes gespreid, de dijen ondersteund en de knieën opgetrokken tot net boven het heupgewricht. Dat is de positie die een baby aanneemt in een draagzak of draagdoek van Ergobaby. Dat is al positief op zich, maar er is nog meer…
Een eerste bijkomend voordeel van een ergonomische babydraagzak, is dat de baby reageert op de bewegingen van de dragende ouder door zijn dijspieren samen te trekken. Daardoor worden die spieren getraind en wordt de dijbeenkop steeds in de heupkom geduwd, allemaal op een natuurlijke en ongedwongen manier.
Een tweede bijkomend voordeel is dat de bewegingen en de spieren die worden getraind de bloedsomloop stimuleren. En dat versnelt dan weer het proces van de botvorming.
Bronnen:
Baby Carriers, Seats & Other Equipment
What You Need to Know About Hip Dysplasia (door Henrik Norholt)